Naar Gebouwen en woningen
Naar Religieuze gebouwen
Naar OLV Basiliek
De reliekschrijn voor 2013 ...
Zondag 4 juni 2006, Eerste Pinksterdag, is het houten reliekschrijn met de beenderen van de Augustijner kanunnik Thomas a Kempis, geboortenaam Thomas Hemerken, van de Sint Michaëlskerk aan de Bisschop Willebrandlaan met gepaste eerbied en respect overgebracht naar de Onze Lieve Vrouwebasiliek aan de Ossenmarkt.
Thomas a Kempis, geboren in 1379 in het Duitse Kempen, meldde zich in 1398 aan de kloosterpoort van het Agnietenklooster op de Nemelerberg in Zwolle, waar een fraterhuis was gesticht. Hier leefde hij tot aan zijn dood in 1471.
Thomas a Kempis werd een van de grootste vertegenwoordigers van de geestelijke stroming, de "Moderne Devotie" genaamd.
Hij schreef in het Agnietenklooster het wereldberoemde geschrift "De Navolging van Christus". Dit geschrift is na de bijbel het meest vertaalde geschrift ter wereld.
Schilderij Thomas a Kempis aanwezig in de OLV Basiliek ...
Na de Reformatie (Hervorming) waren alle katholieke religieuze uitingen verboden en waren er officieel geen katholieke kerken meer. Het was de tijd van de schuilkerken, waar het geloof beleden werd.
Zwolle kende ook enkele schuilkerken. Volquerus Herkinge, pastoor in Zwolle, kocht in 1641 het huis "Onder den Bogen" in de Nieuwstraat. Een uitermate geschikt huis voor het houden van geheime vieringen voor de nog in Zwolle aanwezige katholieken. Deze statie, zoals de parochies in die tijd genoemd werden, groeide gestaag uit tot een belangrijk centrum voor de Zwolse katholieken.
Pastoor Volquerus Herkinge was gezegend met de Zwolse priester Arnoldus Waeyer als medewerker. Beide genoten zeer veel aanzien in de Zwolse katholieke gemeenschap. Waeyer had een eigen statie in de Spiegelsteeg. Hij was het, die na ingelicht te zijn door Herkinge, de exacte ligging van het graf van Thomas a Kempis kende. Na het overlijden van Herkinge was Arnoldus Waeyer degene die de weg moest wijzen bij een eventuele opgraving van de overblijfselen van Thomas a Kempis. En zo geschiedde!
Na het opgraven van het gebeente van Thomas in 1672, op aanwijzing van Arnoldus Waeyer, werden de overblijfselen per koets naar Zwolle vervoerd en in de statiekerk van Waeyer aan de Spiegelstraat bewaard.
De reliekschrijn in de toenmalige St. Michaëlkerk aan de BIsschop Willebrandlaan ...
Hermanus van Arnhem, beeldhouwer in Zwolle, maakte in 1674 een sierlijk houten kistje voor deze overblijfselen van Thomas. Deze reliekschrijn heeft in de loop der jaren schuilkerken en twee kerken in Zwolle als bewaarplaats gekend. De eerste kerk was de St. Michaëlkerk in de Roggestraat/Nieuwstraat en de tweede kerk was de St. Michaëlkerk aan de Middelweg (later de Bisschop Willebrandlaan). Vanuit de laatste kerk is de schrijn in juni 2006 overgebracht naar de Onze Lieve Vrouwe Basiliek aan de Ossemarkt, waar het ieder jaar weer honderden belangstellenden in de Moderne Devotie op bezoek krijgt.
Rond 1800 waren er geluiden hoorbaar die aangaven, dat de reliekschrijn van Thomas a Kempis in een gedenkteken c.q. kunstwerk geplaatst zou moeten worden. Hiervoor werd een commissie in het leven geroepen, bestaande uit een achttal pastoors van parochies uit Wolvega, Deventer, Dalfsen, Joure, Workum, Zwolle, Arnhem en Lattrop. Zij waren degenen die er voor moesten zorgen dat de geldelijke bijdragen voor het gedenkteken werden ingezameld.
Het heeft nog jaren geduurd, voordat deze geluiden werden vertaald naar de werkelijkheid. In juli 1894 was het zover. Er was genoeg geld bij elkaar gesprokkeld en men kon beginnen aan het uitschrijven van een prijsvraag. Voor deze prijsvraag werden kunstenaars uit binnen- en buitenland uitgenodigd.
In de website van Delpher, een archief van oude kranten, kwam Zwolle in Beeld in een uitgave van De Zuidwillemsvaart (Helmond), d.d. 5 juli 1894, een artikel tegen waarin de voorwaarden voor het meedoen aan de prijsvraag gepubliceerd waren. Klik hier voor het artikel.
Het monument t.b.v. reliekschrijn van Thomas a Kempis, zoals deze in de St Michaëlkerk in de Nieuwstraat/Roggestraat heeft gestaan ...
(Bron: NL-ZlHCO_1214_PBKR2093)
De St. Michaëlkerk, die toendertijd op de hoek van de Nieuwstraat en de Roggestraat stond, werd in 1965 helaas afgebroken om plaats te maken voor het winkelcentrum (V&D) in het centrum van de stad. Het gedachtenismonument waar de reliekschrijn onder stond is, tot grote ergenis van velen, met de sloop van de kerk verloren gegaan. Het was het monument dat voort kwam uit de prijsvraag die in 1894 uitgeschreven was. Het winnende ontwerp,dat afkomstig was van het kunstatelier van Friedrich Wilhelm Mengelberg uit Utrecht.
Het ontwerp van de tweede prijswinnaar, Benoit van Uytvanck en zijn compagnon Camille Goffaerts uit Leuven ...
Het ontwerp van de tweede prijswinnaar, de kunstenaar Benoit van Uytvanck en zijn compagnon Camille Goffaerts uit Leuven werd nooit in marmer uitgevoerd, maar is anno 2017 nog steeds te vinden in de Onze Lieve Vrouwe Basiliek.
Na de sloop van de kerk kreeg de reliekschrijn een nieuwe plaats toegewezen en wel in de nieuw gebouwde Sint Michaëlkerk aan de toenmalige Middelweg (anno 2013 de Bisschop Willebrandlaan).
Een kopie van het hoofd van Thomas a Kempis, zoals deze op het grafmonument van de
gesloopte St Michaelskerk was geplaatst, staat op een zuil op de Oude Begraafplaats Bergklooster.
De reliekschrijn zoals deze hedentendage (2017) gedragen wordt door een natuurstenen sokkel ...
Door fusering van de Zwolse parochies is in 2004 besloten de Sint Michaëlkerk aan de Bisschop Willebrandlaan te sluiten. Door deze sluiting moest de reliekschrijn van Thomas a Kempis voor de zoveelste keer worden verplaatst. De keus was deze keer niet moeilijk. In de Onze Lieve Vrouwe basiliek had de reliekschrijn een waardige plaats gekregen. De Stichting Grafmonument Thomas a Kempis heeft zich ten doel gesteld een nieuw grafmonument voor het schrijn te realiseren. Dit doel is in 2014 ten uitvoer gebracht. De reliekschrijn staat nu op een eenvoudige natuurstenen sokkel, achter in de basiliek.
Gedenkteken Thomas a Kempis - Bergkloosterweg
Voordat de reliekschrijn in 2006 op zijn plaats van bestemming werd gebracht, keerde het nog even terug op de lokatie waar Thomas a Kempis een groot gedeelte van zijn leven had doorgebracht. In het bijzijn van Mgr. dr. G.J.N. de Korte, hulpbisschop van het aartsbisdom Utrecht en deken van het dekenaat IJssellanden, was door de Stichting Thomas a Kempis een programma georganiseerd, waarbij gesproken, gezongen en gebeden werd.
Bron:
Website OLV Basiliek
HCO
Thomas a Kempis Overbrenging reliekschrijn |
Thomas a Kempis Het verdwenen kaakdeel ... |
|
|